Vakkie C voor Rudo, deel 1: Een allerlaatste berichtje

U bevindt zich hier:
/ Vakkie C voor Rudo, deel 1: Een allerlaatste berichtje

Alsof de wereld plots stilstaat. Alsof hij die de wereld zoveel mooier maakte, in het hiernamaals sfeer moest gaan brengen. Niet te bevatten. Met grote verslagenheid heeft vv Moerse Boys afgelopen zondag kennis genomen van het overlijden van Rudo Gommers. Een van de fijnste leden van de Moerse Boys-familie. Plots niet meer onder ons. Het columnteam Vakkie C bundelde de krachten en riep vier dagen van rouw uit. Vier dagen, vier columns. Over Rudo, voor Rudo, door Moerse Boys. Een geschreven eerbetoon. Opdat we hem nooit vergeten. Vandaag deel 1 door Michiel van den Broek. 

Een allerlaatste berichtje

‘Wakker worden! Het is feest, weer wat ouder. Gefeliciteerd beste keeper ooit.’
18 november 2020, 06.29 uur in de ochtend. De dag van mijn 27ste verjaardag. Ik wrijf de slaap uit mijn ogen en lees het berichtje. Afzender: Rudo Gommers. Ik lach. Altijd attent, altijd een goede dosis humor. En een uitstekend oog voor keeperstalent… Het was – zo blijkt nu – een van de laatste berichtjes die ik van Rudo zal ontvangen. Ongelooflijk, onwerkelijk, oneerlijk.

Toen ik zondagmorgen werd gebeld door een vriend met het tragische nieuws dat Rudo was overleden, zocht ik naar de juiste woorden. Ik had ze niet. Hiervoor waren simpelweg geen woorden. Nee, ik was geen directe kameraad, maakte geen deel uit van zijn hechte vriendengroep, maar – zoals velen bij onze vereniging – had ook ik een fijne band met hem. Moerse Boys bracht ons bij elkaar en was veelal nog de rode draad in het contact dat we hadden. Hij was mijn trainer van C- tot A-jeugd, met het kampioenschap in de A-jeugd als absolute hoogtepunt. Bloemencorso keken we met vrienden de laatste jaren aan de Burgemeester Manderslaan 14. Ook toen Rudo zelf figurant was. Hij vertrouwde ons zijn huissleutel toe. Het weekendje Renesse met de A1 destijds zal ik nooit vergeten.

Allemansvriend
Een allemansvriend, dat was hij. De stortvloed aan reacties op zijn overlijden vertelt de impact ervan. Het sloeg in als een bom. Bij Moerse Boys. Bij vv Wernhout. Bij vv Vivoo. Bij Buurtschap Tiggelaar. En bij nog zovelen. Ons ‘columnteam’ voelde haast unaniem de behoefte om er een column aan te wijden. Een viertal dagen van rouw, dagelijks een column, als geschreven eerbetoon voor een fantastische man. Eenieder van ons koestert fijne herinneringen aan Rudo. Valt er dan echt niets aan te merken? Weldegelijk. Rudo was een Feyenoorder. Een minpuntje.

Rudo leefde voetbal, speelde als onverzettelijke linksback ruim vierhonderd wedstrijden in de hoofdmacht van Moerse Boys. Ook als trainer was hij succesvol. De A-jeugd van Moerse Boys loodste hij van de tweede klasse naar de Hoofdklasse. Vivoo liet hij terugkeren naar de vierde klasse, in zijn korte periode bij Wernhout was hij onoverwinnelijk. Overal was hij binnen mum van tijd geliefd. Hij maakte voor iedereen tijd. Was bereid om te helpen. Altijd vriendelijk. Niets was hem teveel. Dat hij enkele jaren terug Verenigingsman van het Jaar werd binnen Moerse Boys vormt daarvoor een bewijs.

Sfeermaker
Zondagochtend scrolde ik eens door mijn WhatsApp-gesprek met Rudo. ‘Wanneer ga je mij eens interviewen?’, vroeg hij weleens. Wat had ik dat nog graag eens gedaan. Hij was altijd in voor een dolletje, de sfeermaker op feesten en partijen. Zoals oud-trainer Arno Gabriëls zondag treffend verwoordde op Facebook: “Rudo was iemand die buiten het veld de sfeer bepaalde. Iemand die er bij moest zijn, anders ging het niet door.”

Gaat het nu dan nooit meer door? Uiteindelijk wel, op een gegeven moment. Maar dat heeft tijd nodig. Veel tijd. De sfeer zal anders zijn. Het wegvallen van Rudo is een gemis dat zich lang laat voelen. De hechte Moerse Boys-familie verliest een van zijn meest geliefde leden. En dat doet pijn. Enorm veel pijn. Gelukkig zijn de fijne herinneringen en anekdotes aan en over Rudo onuitputtelijk. Nog vaker zullen ze vanaf nu de revue passeren.

Zondag was het joúw verjaardag, Rudo. 46 jaar werd je. Graag had ik je gefeliciteerd, met een berichtje, een grapje. Maar voordat ik die mogelijkheid kreeg, wist ik dat je het nooit meer zou lezen. Dat de vinkjes bij het bericht nooit blauw zouden worden. Dat mijn felicitatie te laat kwam. Vorige maand bij Zundert – NAC sprak ik je voor het laatst. Wist ik toen maar, wat ik nu weet. Of liever nog: was afgelopen zaterdagnacht maar een zaterdagnacht als alle anderen. Ongelooflijk, onwerkelijk, oneerlijk.

Via deze weg wil ik je toch nog één berichtje sturen fijne vent, een allerlaatste:

Rust zacht, beste trainer ooit!

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp